'Ken uzelf' (γνῶθι σεαυτόν) stond er gegrift op het fronton van de Apollotempel van Delfi. Uit meerdere quoteringen blijkt dat waarlijk zichzelf kennen als het moeilijkste wat men kan verwezenlijken werd beschouwd. (Thales van Milete uitte dit als antwoord op de vraag of er iets echt moeilijk kon zijn). Ook wordt dit gezegde wel aan Socrates toegewezen, die er ongetwijfeld vaak mee dweepte. (bron: Wikipedia)
Het verbaast mij dan ook ten zeerste als mensen neigen te zeggen dat zij zichzelf goed kennen. De vraag die voor mij rijst is wat zij verstaan onder 'zichzelf goed kennen'. Het is het programmeren dat ik, als mens, heb ondervonden in mijn leven door ouders, school, kerk en maatschappij waardoor ik twijfel aan wie ik werkelijk ben. Ik heb al vroeg geleerd mezelf aan te passen, te voldoen aan verwachtingen van ouders, leerkrachten, collega's, kerk en vriendinnen. Immers ik wilde aardig en lief gevonden worden. Ik heb geleerd om assertief te zijn. Hoe vaak hoorde ik: 'Doe toch normaal'? Of je wilde of niet, je hebt je aangepast aan wat men normaal (= wat het merendeel doet) vindt en vooral niet af te wijken van de rest. Dit heet opvoeding. Het bijbrengen van normen en waarden.
Om jezelf werkelijk te leren kennen houdt in dat je jezelf in principe zou moeten ontdoen van alles wat men je verteld heeft. Van alles wat als normaal geldt en niet afwijkt. Loslaten wat goed is in je ogen en wat niet goed is. Niet te oordelen. Niet over anderen, niet over jezelf. Je zogenaamde normen en waarden opzij zetten. Zonder enkele schaamte of angst naar jezelf durven te kijken. Als naar de blote baby, onbeschreven, schoon, rein.
In mijn persoonlijk proces ontdekte ik hoezeer ik geleefd heb voor anderen. Niet geleefd voor mezelf. Ik heb de rol gespeeld waarvan ik dacht dat ik ze zo hoorde te spelen. Van dochter tot zus, van vriendin tot collega, van echtgenoot tot moeder. Ik wist niet beter dan dat ik dacht dat het zo moest. Authenticiteit.... een woord dat ik niet kende. De vraag is voor mij: wie heeft mij werkelijk gekend? Ik was niet bepaald in harmonie met mijzelf. Die disbalans heeft gemaakt dat ik niet altijd even gelukkig was met mezelf.
Hoe kan een mens zeggen dat hij zichzelf kent als er een dikke laag 'programmering' over hem heen geplamuurd is.... ?
Je hoort mij nu niet zeggen dat die plamuur perse slecht was/is, maar waar het mij omgaat is dat de pure ik... de pure ego van de mens haast niet te traceren is. Of in ieder geval voor weinigen van ons.
We denken wel dat we onszelf kennen. Als dat zo zou zijn, hoe komt het dan dat wij het zo moeilijk vinden om kritiek van anderen te horen? Waarom vinden wij het zo moeilijk om onszelf kwetsbaar op te stellen? Waarom zijn wij bang om een 'watje' te zijn? Al deze vragen zijn vaak de triggers voor onze boosheid of angst. En meest van al... waarom willen we zo graag aardig gevonden worden door anderen? Waarom twijfelen we en kijken sommigen van ons naar boven voor een goedkeurende knik van God?
Het is een levenslange 'taak' om jezelf goed te leren kennen. In mijn proces om mezelf te leren kennen , in mijn groei hierin, heb ik ontdekt hoeveel we op elkaar lijken. Ik heb empathie ontwikkeld, waardoor ik beter in staat ben anderen te doorgronden, te begrijpen wat hij/zij voelt. Nieuwsgierig te zijn naar de ander en hem/haar de ruimte te geven die hij/zij nodig heeft. Ik zie in hoe belangrijk het is om vooral niet te oordelen. Het is niet nodig om iemand langs de meetlat te leggen en hem/haar als goed/slecht te bestempelen. Meer en meer zit ik in het proces om open te staan voor anderen, wat opnieuw leidde naar het open te staan voor mezelf. Proberen minder kritisch te zijn over mezelf. Lief te zijn voor mezelf...
Dit is wat ik voel als ik denk aan het grootste gebod. God liefhebben boven al en je naaste liefhebben als jezelf.
Om te kunnen voldoen aan dit gebod is het, in mijn ogen, noodzakelijk jezelf te leren kennen. Hoe anders kan je je naaste liefhebben als je niet weet hoe jezelf lief te hebben. Immers je kent de werkelijk ik in jezelf niet.
Ken uzelve.... al in de tijd van Socrates een hele opgave. En dat zal het altijd blijven.
1 opmerking:
Ik ben zo iemand die zichzelf (redelijk) denkt te kennen. Ik weet niet of je niet authentiek bent als je bepaalde zaken blijft doen zoals je ze geleerd hebt. Ik denk dat het niet te voorkomen is. Kijk eens naar je religie: die geeft je toch ook aanwijzingen over wat een goede leefwijze is? Voor mij is het de Boeddha, maar dat maakt in principe niets uit. Ik volg ook de leerstellingen van hem, zoals jij die van God volgt. Dat maakt ons niet minder authentiek. Niet tegen kritiek kunnen is naar mijn gevoel meer een kwestie van het ego. Persoonlijk zou ik dat niet al te sterk aan authenticiteit koppelen. Wel natuurlijk als je je ego je leefwijze laat bepalen, maar dan heb je volgens mij andere problemen.
Een reactie posten